Deelnemer uit Spezial Tourenwagen Trophy verstoort race Supercar Challenge

20:45 26-05-2012

Over de eerste race van de Super GT- en GT-divisies van de Supercar Challenge tijdens het AvD Euro Race Weekend op de Nürburgring zal nog lang worden nagepraat. Bij aanvang van de race had namelijk een deelnemer uit de Spezial Tourenwagen Trophy zich aangesloten bij het startveld van de Supercar Challenge, en ging ook gewoon met de race van start. De deelnemer negeerde herhaaldelijk de zwarte vlag waarna de wedstrijdleiding niets anders restte om de race met code rood stil te leggen. Nadat de race was hervat werd de wedstrijd nog wel uitermate spannend, waarbij het uiteindelijk Nol Köhler en Ardi van der Hoek waren die er in de laatste ronde met de beker vandoor gingen. Berry van Elk werd met zijn Mosler tweede, en het duo Sijthoff/Van ’t Hoff eindigde op de derde positie. In de GT-divisie ging de overwinning naar Barry Maessen, en in de GTB-divisie ging de overwinning naar Daan Meijer.

\"\"

De start van deze race zal bij de toeschouwers, rijders en teams nog lang in het geheugen gegrift staan. In verband met het krappe tijdschema was vooraf besloten dat het veld van de Supercar Challenge vanaf de pre-grid meteen aan de opwarmronde zou beginnen. Tijdens die opwarmronde bleek dat een deelnemer die zich niet had ingeschreven zich had aangesloten bij het startveld. Deze deelnemer, de Noor Joakim Ottersen en rijdend met een Jaguar V8Star, had zich helemaal achterop de startgrid opgesteld en was de aanwezige marshalls niet opgevallen. Bij het oprijden was hij dan ook mee de baan op gegaan waarna hij zich aansloot bij het veld van de Supercar Challenge.

De wedstrijdleiding besloot om de race gewoon te starten om daarna meteen deze deelnemer met een zwarte vlag binnen te halen. Deze vlag werd de eerste drie ronden aan hem getoond, maar Ottersen negeerde die en mengde zich gewoon in gevechten met anderen. De wedstrijdleiding kon hierdoor niet anders beslissen om de race met code rood stil te leggen, omdat hij zich niet had ingeschreven en dus ook geen handtekening had gezet om mee te rijden.

De rijder zelf was zich hierna van geen kwaad bewust. “Ik reed mee op uitnodiging van de organisatie van de Supercar Challenge, dus ik wist niet beter”, was de verklaring van Ottersen achteraf. Dit verhaal was echter maar deels waar. Rijders uit de Spezial Tourenwagen Trophy mochten op vrijdag aan de vrije training van de Supercar Challenge deelnemen, omdat zij zelf in het tijdschema geen vrije training voorzien hadden. Daarna had organisator Dick van Elk de rijders die hiervan gebruik hadden gemaakt uitgenodigd om ook de races mee te rijden, onder de voorwaarde dat zij zich op tijd zouden inschrijven. Dat had Ottersen dus niet gedaan, waardoor hij niet vermeld stond op de startgrid en dus ook niet deel had mogen nemen aan de race.

\"\"

Vooraan in het veld was men de eerste drie ronden wel flink in gevecht geweest. Diederick Sijthoff kon bij de start van de race zijn positie behouden, maar daarachter maakte Rick Abresch meteen een paar plaatsen goed. De op de tweede positie begonnen Nol Köhler had een mindere start, en moest naast de Corvette van Rick Abresch ook de ETEC-Viper met Robert de Graaff aan zich voorbij laten gaan. Hierna ging het helemaal fout voor Köhler, want hij spinde in de Mercedes Arena en kon daarna achteraan aansluiten.

Achter de top drie was al snel een spannend gevecht tussen Bert Longin, Martin Short en Jan en Peter Versluis. De prestatie van Peter Versluis was opmerkelijk, want hij was in die eerste ronden vanaf de laatste startpositie al opgeklommen tot de zevende plaats. Voorafgaand aan code rood lag Diederick Sijthoff op de eerste plaats, voor Rick Abresch, Robert de Graaff, Martin Short, Bert Longin en Peter en Jan Versluis.

De herstart van de race verliep zeer chaotisch. Omdat de monteurs niet bij de auto’s mochten komen kwamen sommige wagens moeilijk weg, zoals de ETEC-Viper met Robert de Graaff achter het stuur, Martin Short in de Mosler en Berry van Elk in de Mosler. Deze auto’s blokkeerden meteen andere auto’s waardoor het veld meteen door elkaar werd gegooid. Achter de safety car namen deze auto’s meteen weer hun juiste posities in, wat eigenlijk niet was toegestaan. De enige coureur die zich aan de regels hield was Robert de Graaff, die uiteindelijk nog wel weg was gekomen en achteraan het veld aansloot.

De wedstrijdleiding stond hierdoor voor de moeilijke keuze om meer dan tien deelnemers een straf te geven of om Robert de Graaff te compenseren, omdat hij juist op aanraden van de wedstrijdleiding (het team van Speedtec was het vooraf nog speciaal bij de wedstrijdleiding gaan vragen) achteraan was blijven rijden. Er werd besloten om de ETEC-Viper te compenseren, waardoor hij minder lang stil hoefde te staan tijdens de geplande pitstop en hierdoor zijn verloren tijd goed kon maken. Martin Short kwam overigens bij de herstart helemaal niet meer weg, en moest zijn auto naar de pitstraat laten duwen.

Voor de pitstops had Diederik Sijthoff nog steeds de eerste positie in handen, voor Rick Abresch, Bert Longin, Peter Versluis, Jan Versluis en Berry van Elk. Omdat de race vlak voor het pitstop window was hervat gooiden die pitstops, waarbij sommige deelnemers door hun resultaatseconden langer stil moesten staan, het veld aardig door elkaar. Zo gebeurde het dat Berry van Elk de leiding in handen kreeg, voor Jan Versluis, Franz Lamot, Philippe Ribbens, Ardi van der Hoek, Alex van ’t Hoff en Rick Abresch.  

\"\"

Ardi van der Hoek was in deze groep, waarvan de eerste zes auto’s binnen tien seconden van elkaar zaten, zeer snel en kon al snel oprukken naar de derde positie. De op de vierde plaats liggende Franz Lamot kwam hierna onder zware druk te staan van Philippe Ribbens en Alex van ‘t Hoff. Ribbens slaagde erin om in de eerste bocht Lamot uit te remmen, maar hij verremde zich hierbij waarna van ‘t Hoff binnendoor kon steken.

Berry van Elk zag langzaam de concurrentie dichterbij komen, maar kreeg weer wat lucht toen Jan Versluis en Ardi van der Hoek met elkaar om de tweede plaats in gevecht gingen. Jan Versluis gaf zich niet snel gewonnen waardoor Van der Hoek probeerde om bij de Veedol S-chicane de Ferrari buitenom uit te remmen. Dit mislukte waarna Van der Hoek rechtdoor het grind in schoot. De Corvette-coureur kon hierna zijn weg wel vervolgen en meldde zich al snel weer aan de staart van Versluis.

Toch slaagde Jan Versluis er niet in om de tweede positie vast te houden. Eerst ging Van der Hoek de Ferrari voorbij en ook broer Peter kon aan Jan voorbij gaan. Jan Versluis kreeg de derde plaats niet veel later weer terug, omdat Peter door een afgebroken schokbreker in het grind belandde en veel tijd verloor. Ook deze derde positie was Jan Versluis niet gegund, want Alex van ‘t Hoff slaagde er in de slotronden nog in om aan de Ferrari voorbij te gaan.

\"\"

De strijd om de eerste plaats werd hierna uitermate spannend. Berry van Elk had die nog steeds in handen, maar Van der Hoek drong met zijn Corvette C5.R GT1 flink aan. Uiteindelijk lukte het Van der Hoek om Van Elk in de Mercedes-Arena in te halen en zo de eerste plaats veilig te stellen. Een knappe prestatie, vooral na de spin van Köhler eerder in de race. “Nol spinde in de Mercedes Arena, en kon daarna achteraan aansluiten”, vertelde Van der Hoek na afloop. ”Dat de wedstrijd daarna werd stilgelegd kwam ons dus eigenlijk wel goed uit, omdat we hierdoor weinig tijd verloren. Bovendien hielp het ons ook dat wij geen strafseconden hadden, Een super resultaat, vooral na het raceweekend op Zandvoort!”

\"\"

Voor sommige deelnemers in de GT-divisie ging het meteen bij de start al fout. Pierre Etienne Bordet en Jan van der Kooi kenden meteen technische problemen, waardoor zij hun auto’s in de pitstraat konden parkeren. Wolf Nathan leidde het eerste deel van de race, voor Barry Maessen, Pim van Riet en Steve Vanbellingen. Maessen slaagde er hierna echter in om Nathan in te halen en kon die positie tot de pitstops vasthouden.

\"\"

Voor Steve Vanbellingen verliep de race hierna niet goed, want hij moest met een kapotte auto de wedstrijd voortijdig verlaten. Na de pitstops was de eerste positie in handen gekomen van Jaap van Lagen, die vlak achter zich aan Pim van Riet en Barry Maessen kreeg. Dit drietal reed lang achter elkaar, waarbij het leek dat Jaap van Lagen de overwinning veilig zou stellen.

\"\"

Van Lagen en Nathan kregen echter na afloop een tijdstraf, omdat zij tijdens de race een andere deelnemer hadden ingehaald terwijl ze met vier wielen buiten de witte lijn van de baan reden. Het is echter niet toegestaan om met vier wielen buiten de baan te komen, waardoor zij hun eerste plaats moesten geven aan Barry Maessen. Van Lagen en Nathan werden wel tweede, voor Pim van Riet.

\"\"

In de GTB-divisie had Jacky van der Ende een goed begin van de race. Van der Ende kon zich meten met de snelste deelnemers uit de GT-divisie en liep snel uit op zijn concurrenten. Tijdens de pitstop werd bij Van der Ende echter veel tijd verloren omdat de cardanas los was gekomen. Hierdoor kwamen René Wijnen en Charlie Frijns op de eerste plaats te liggen.

\"\"

Na de pitstops kon Frijns lang de eerste positie in handen houden, maar Meijer slaagde er toch nog in om de eerste plaats van zijn teamgenoot af te pakken. Achter dit tweetal reed Erol Ertan naar de derde positie, voor Aston Martin-coureur Kees Kreijne. Steve Matthijssen eindigde op de vijfde positie.

Volledige uitslag van de race