René Steenmetz en Stephan Polderman combineren plezier met fanatisme

Voor veel coureurs is een weekend racen een uitlaatklep om de drukke dagelijkse beslommeringen even te ontvluchten. Zo ook voor René Steenmetz en Stephan Polderman. Maar beide mannen gaan er dan wel even voor zitten om samen een goed resultaat neer te zetten. Zomaar een paar rondjes om de kerk, daar komen ze niet voor.

Voorwielers
De carrière van René Steenmetz begon in 2005 in een Seat Ibiza. Hij is sindsdien met voorwiel aangedreven auto’s blijven rijden, op een uitstapje in de BMW E30 Cup in 2006 na. “Ik ben, net als Stephan, gespecialiseerd in voorwiel aangedreven auto's. Achterwiel aangedreven gaat niet zo goed”, legt hij uit. 

Palmares
Wie gaat googlen zal mooie palmares tegenkomen van Steenmetz, waarin je de Renault Clio als rode draad zult tegenkomen. Steenmetz reed dit Franse bommetje in diverse Clio cups, zowel nationaal als Europees. Voor Stephan Polderman is het eigenlijk niet anders. Sterker nog, daar kom je eigenlijk alleen de Clio tegen als werkpaard.  

Weggejaagd
René Steenmetz (59) en Stephan Polderman (49) kennen elkaar hierdoor al een dikke tien jaar, als tegenstander maar ook als teamgenoot. “We reden allebei in dezelfde cups en hebben samen gereden bij Team Madeno. En toen kwam ik er achter dat Stephan eigenlijk hartstikke snel is”, zegt René over de tijd dat ze daar teamgenoten waren.  Maar waarom hebben ze de Clio Cup verlaten en zijn ze naar de Supercar Challenge gegaan? “Laat ik het zo zeggen, we zijn weggejaagd door de regeltjes. Je werd soms behandeld alsof je achterlijk bent.” Hierop vult Stephan aan: “Dan doet Dick (van Elk) het veel beter, hij koestert zijn rijders, luistert naar ze en zet zichzelf niet op een voetstuk.”

Bloedfanatiek
Sinds seizoen 2019 zijn Polderman en Steenmetz teamgenoten met een Seat Leon Cupra en lijken ze hun draai helemaal gevonden te hebben bij Ferry Monster Autosport. “We zijn eigenlijk bloedfanatiek”, vertelt Stephan. “Maar soms ook lekker onnozel”, vult René lachend aan. “In de auto gaan we er goed voor zitten, maar daarbuiten moet het vooral leuk en gezellig zijn. We houden ervan om te dollen, want anders is er niets aan.”

Wie is de snelste?
En als je dan zo fanatiek bent, wie is dan de snelste van het stel? “René is sneller”, reageert Polderman eerlijk op de vraag. “Maar we zijn een team en hebben allebei onze kwaliteiten. Zo is René een echte regenrijder.” Steenmetz reageert direct en zegt: “Stephan is ook bloedsnel hoor, vergis je niet, en soms echt wel sneller dan ik.” Voor het kwalificeren hebben beide mannen geen echte strategie, maar in de regel doet Polderman de Belgische circuits en Steenmetz de Nederlandse.

Horeca
Beide rijders hebben een druk bestaan als ondernemer. Botst dat niet met de lange raceweekenden? Stephan Polderman: “Ik zit in de horeca en daar draait het toch hoofdzakelijk om de weekenden. Gelukkig heb ik een goed team van medewerkers, waardoor ik me er voor kan vrijmaken. Maar het is niet altijd eenvoudig.” 

Dakdekker
Voor René Steenmetz is het wat makkelijker omdat zijn dakdekkerbedrijf hoofdzakelijk doordeweeks draait. “Ach, als je creatief bent kun je tussendoor ook nog wat werk doen. Maar de raceweekenden zijn grotendeels toch ontspanning. Ze kunnen mij niet lang genoeg zijn, maar voor mijn vrouw wel, haha. We gaan ’s avonds lekker uit eten, maar drinken niet. Want we zijn er om te racen, zo fanatiek zijn we dan weer wel. We willen bewijzen dat we net zo snel zijn als die jonge gasten en zien graag dat ze balen als een stier als we sneller zijn.” Daarmee verschijnt een grote grijns op zijn gezicht en beide barsten in lachen uit.

Achterstand
De twee mannen begonnen hun seizoen met een achterstand, omdat ze door omstandigheden de eerste race op Magny Cours moesten missen. Die achterstand konden ze helaas niet meer inlopen. “We hebben teveel fouten gemaakt door te korte of te lange pitstops en hadden ook problemen met de versnellingsbak. Toch zij we wel tevreden hoe het dit seizoen is gegaan”, is het oordeel van Steenmetz over afgelopen seizoen. Polderman is het hier roerend mee eens: “Het had soms beter gekund, maar ook dat is racen. We gaan volgend jaar lekker door, we hebben het prima naar ons zin in de Supersport I.” 

Lekker opnaaien
Zijn er dan geen wensen voor de toekomst? “Heel veel sponsors !!” roept René direct. “Nee hoor, dat doen we lekker zelf. Voor ons staat voorop dat we de zinnen kunnen verzetten en ontstressen. Soms elkaar en anderen lekker opnaaien, maar vooral genieten. We gaan door tot we niet meer fatsoenlijk mee kunnen komen.”